Ontbossing (EUDR)

De Europese Unie wil de eigen impact op ontbossing en bosdegradatie verminderen. Daarom komen er meer eisen voor de import van producten uit de hele wereld. Deze eisen gelden ook voor de productie in de EU zelf en de export van producten. De meeste producten uit bossen komen nu vaak uit Azië, Noord-Amerika en Zuid-Amerika. De regels staan in de Europese ontbossingsverordening (European Union Deforestation Regulation of EUDR).

De EUDR-regels moeten ervoor zorgen dat de EU straks minder broeikasgassen uitstoot met de import en doorvoer van producten uit bossen. De regels gaan gelden vanaf 30 december 2025. (Aanvankelijk zou de regelgeving per 30 december 2024 gelden, onder druk van maatschappelijke organisaties, waaronder het Vakcentrum, is dit uitgesteld.)

De Europese Ontbossingsverordening (EUDR) geeft regels om verdere ontbossing tegen te gaan. Producten en grondstoffen die bijdragen aan ontbossing moeten vanaf eind december 2025 voldoen aan de EUDR. Ondernemers moeten straks bewijzen dat hun producten zoals palmolie en soja ‘ontbossingsvrij’ zijn. Dit geldt voor zowel de import naar de EU en de export vanuit de EU.

Bedrijven die onder de EUDR vallen moeten kunnen aantonen dat de herkomst van hun producten legaal en traceerbaar is. Dat doet een bedrijf met een stelsel van zorgvuldigheidseisen. In het internationale handelsverkeer wordt dit een Due Diligence System (DDS) genoemd.

Met een zorgvuldigheidsstelsel doet een bedrijf tenminste 4 zaken. Het bedrijf:

  • verzamelt gegevens over de (legale) herkomst van de producten;
  • verzamelt gegevens over de geolocatie waar het product gegroeid, geproduceerd, bewerkt, of geboren of gevoed is;
  • voert risicoanalyses uit, waarmee kan worden ingeschat of producten aan ontbossing of aantasting van bossen bijdragen;
  • neemt maatregelen, zodat het risico dat er illegale producten worden verhandelt verwaarloosbaar is.

De EUDR geldt voor alle marktdeelnemers en handelaren die de relevante producten of grondstoffen binnen de EU willen importeren, exporteren of produceren, met als doel om deze weer in de handel te brengen. De EUDR geldt zowel voor grote als kleinere ondernemingen, en ook voor eenmanszaken.

Ondernemers worden ingedeeld in twee groepen: marktdeelnemers en handelaren. Een marktdeelnemer moet voor de EUDR meer doen dan een handelaar. Dat komt doordat handelaren producten en grondstoffen gebruiken die eerder in de keten al zijn getoetst aan zorgvuldigheid.

Marktdeelnemers moeten zelf een stelsel van zorgvuldigheid opzetten. Handelaren, bijvoorbeeld retailondernemingen, kunnen de zorgvuldigheidsverklaringen van hun leveranciers gebruiken. Uitzondering is de grote handelaar, hiervoor gelden dezelfde eisen als voor marktdeelnemers.

In een bijlage (annex 1) bij de EUDR staat een lijst met producten waar de regeling op van toepassing is.

De volgende producten zijn verboden als ze van grond komen die na 30 december 2020 (de cutoff date) is ontbost:

  • palmolie
  • rundvee en rundveeproducten (bijvoorbeeld vlees, slachtafval en huiden)
  • hout
  • cacao
  • soja
  • koffie(bonen)
  • rubber (natuurlijke)

Ook producten die van deze grondstoffen zijn gemaakt zijn dan verboden, zoals:

  • leer
  • chocola
  • papier en karton
  • meubels
  • autobanden

Het maakt niet uit of de producten zijn geproduceerd in de Europese Unie of geïmporteerd. Er is geen drempel gesteld ten aanzien van de hoeveelheid goederen of de waarde.

Staat een product niet in de productenlijst (annex 1) van de EUDR of staat een product wel in de lijst, maar is het van grond dat al voor 30 december 2020 (cutoff date) is ontbost, dan valt het product niet onder de EUDR.

De EUDR gaat gelden vanaf 30 december 2025. Voor mkb-bedrijven en eenmanszaken gaan de EUDR-regels in op 30 juni 2026.

Brengt een ondernemer (ook MKB ondernemers) hout, of houten producten zoals meubels of papier op de Europese markt dan moet die zich vanaf 30 december 2025 houden aan de vereisten van de EUDR bij het importeren van hout.

Brengt een (MKB) ondernemer hout, of houten producten zoals meubels of papier op de Europese markt? Of handelt de ondernemer in deze producten? Dan moet die zich houden aan de eisen uit de Europese houtverordening (EUTR). Dat wordt gedaan met een stelsel van zorgvuldigheidseisen en een goede documentatie. De NVWA controleert geselecteerde zendingen, soms inclusief een bedrijfsbezoek.

De EUDR is een nieuwe EU-wet die klimaatverandering door ontbossing en de aantasting van bos moet tegengaan. Vanaf 30 december 2025 moeten (MKB) ondernemers zich houden aan de vereisten van de EUDR bij het importeren van hout. De EUTR (oude regeling) blijft waarschijnlijk tot 2028 wel van toepassing op hout dat voor 29 juni 2023 is gekapt en met ingang van 30 december 2025 in handel is gebracht.

Meer informatie over specifieke regels rondom hout producten en het aansluiten bij een toezichthoudende organisatie staan op de website van de NVWA.

Voor MKB-bedrijven en eenmanszaken (micro ondernemingen) gaan de EUDR-regels waarschijnlijk pas in op 30 juni 2026.

Sommige MKB ondernemingen hoeven geen stelsel van zorgvuldigheidseisen in te voeren. Dit geldt met name voor voor MKB-handelaren (tenzij het hout betreft) en voor MKB- en micro ondernemingen die alleen gebruikmaken van grondstoffen die al op de markt zijn gebracht.

MKB handelaren hoeven geen stelsel van zorgvuldigheidseisen bij te houden maar nog wel:

  • bijhouden van welke leverancier de producten of grondstoffen worden gekocht;
  • bijhouden aan wie wordt verkocht (waarbij de verkoop aan particulieren niet hoeft te worden bijgehouden);
  • de referentienummers van de zorgvuldigheidsverklaringen van de leveranciers doorgeven aan bevoegde autoriteiten indien die daarom vragen;
  • de documentatie 5 jaar bewaren.

Ben je een MKB-marktdeelnemer (dit zijn MKB-bedrijven die voor het eerst een grondstof/product op de markt brengen) dan geldt het volgende.

Als er al een due diligence-verklaring is ingediend voor het product (of delen ervan) door eerdere actoren in de toeleveringsketen dan hoeft de downstream MKB-marktdeelnemer geen due diligence onderzoek uit te voeren en hoeft deze geen due diligence verklaring in te dienen. De downstream MKB-marktdeelnemer moet alleen op verzoek het due diligence-referentienummer van het reeds aangegeven product beschikbaar te stellen aan bevoegde autoriteiten die daarom vragen.

Als er nog geen due diligence-verklaring is ingediend ten aanzien van bepaalde producten of grondstoffen die onder de EUDR vallen dan moet de MKB-marktdeelnemer de zorgvuldigheidseisen volledig toepassen en een zorgvuldigheidsverklaring indienen in het digitaal Europees informatiesysteem.

Gebruik de regelhulp van de NVWA om te bepalen welke regels van toepassing zijn.